In dit artikel gaan de auteurs in op de juridische (on)mogelijkheden van bestuurlijke verplaatsing. Bestuurlijke verplaatsing wordt de laatste jaren met enige regelmaat ingezet bij demonstraties waarbij demonstranten weigeren gehoor te geven aan de opdracht van de burgemeester om de betoging te beëindigen en uiteen te gaan. Zij worden dan in een bus gezet om elders weer vrijgelaten te worden. De auteurs komen tot de conclusie dat bestuurlijke verplaatsing zoals dat de laatste jaren wordt toegepast, namelijk op grond van (slechts) een noodbevel in de zin van artikel 175 Gemeentewet, vrijheidsontneming oplevert en in strijd is met artikel 15 van de Grondwet en artikel 5 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Een wettelijke basis kan volgens de auteurs wel worden gevonden in het vergeten artikel 176a Gemeentewet waarin de bestuurlijke ophouding is geregeld. De procedureregels van deze bepaling gelden volgens de auteurs slechts ten dele als toepassing van dit instrument beperkt blijft tot verplaatsing van de weigerachtige demonstranten en zij hierna vrij zijn om te gaan en staan waar ze willen.

Referentie

B. Roorda & J.G. Brouwer, ‘Bestuurlijke verplaatsing bij demonstraties’, Ars Aequi 2022, 452.

Door mr.dr. Berend Roorda

Universitair hoofddocent

EXPERTISEGEBIED: Demonstratierecht

  • https://www.rug.nl/staff/b.roorda/

Meer publicaties